Superster Sullivan

Wie zijn deze kanjers die als supersterren weer uit onze hoge hoed springen? Lees hun verhalen.
Flierefluiter Sullivan heeft nog een hoop te leren, maar laat dat nou precies een van z’n favoriete bezigheden zijn. 

Sullivan (1): ‘Hey hoi! Ik ben Sullivan. Wie ben jij? Hey, wat was dat? Een blaadje? En dat? Een auto! He wat? Oh iets over mezelf vertellen. Sorry, ik raak nogal snel afgeleid. Werk ik aan. Eh.. het begin, ja. Ik ben gedumpt. Aan een bankje op het station in Purmerend gebonden met een tasje met wat spullen: brokjes, speeltjes, kleedje en wat aangebroken blikvoer – man, dat stónk! echt.. als rotte.. oh ik dwaal weer af. Ik was niet gechipt dus ze konden m’n baasje niet traceren en niemand heeft zich gemeld. Dus nu zit ik hier. En ik vind het enig! Al die mensen, honden, katten. Kijk! Daar zijn mijn vrienden! Hey jongens! Eh, waar was ik? Oja, ik ben jong, dus ik mis nog wat basisopvoeding: trek soms te veel aan de lijn, spring tegen mensen op. Is puur enthousiasme. Ik vind alles en iedereen gewoon zó leuk. Maar het schijnt niet helemaal zo te horen, dus nu word ik daarop getraind. Als ik met een vrijwilliger buiten aan de lijn wandel en trek, stoppen ze meteen. Eerst dacht ik: wat doe jij nou? Loop ‘ns door! Maar na zo’n 20000x had ik het door: aha! ik moet gewoon langzamer lopen. Oké nu klink ik heel traag van begrip, maar ik ben best een slimmerd hoor. Leergierig vooral. Alleen een beetje snel afgeleid. Ambulances, vallende blaadjes, andere hondjes, mij ontgaat niets. Zeg nou zelf: het leven is toch ook gewoon veel te leuk om iets te missen? Oke, het enige wat ik dus mis is focus. Dus daar mag ik nu ook mee oefenen. Met balletjes, piepspeeltjes, noem maar op. Ik vind het te gek. Echt, leer mij bij en ik ben blij.’