Fens heeft een nare tijd achter de rug, maar dankzij DOA én haar hardwerkende karakter kon ze het verleden van zich afschudden.
Fens (5): ‘Ik weet niet waar het misging, maar van de een op de andere dag werd ik ‘s ochtends vroeg aan het hek van DOA gebonden. Ik was bang en boos. Het was donker, het regende en ik was moederziel alleen. Niet dat ik die ex-baasjes mis, die relatie was nogal toxic. Je kon m’n ribben tellen en m’n staart was als die van een rat zo kaal. Dat doet wat met je eigenwaarde, hoor. Om over m’n vertrouwen in de mens nog maar niet te spreken. Maar ja, ik kan wel blijven tobben over waarom ze deden wat ze deden, daar schiet ik niets mee op. Ik kijk liever naar de toekomst. Dus ging ik samen met DOA keihard aan de bak. Om aan te sterken moest ik naar de fysio. Die masseerde m’n spieren los en liep me doen wat die oude wijffies met badmutsen in ‘t zwembad doen: aquarobics. Lopen in een bak water. Best leuk! Ik schrok effe toen ze zeiden dat ik een voedselallergie heb. Eten is de weg naar mijn hart, dus ik was bang dat ik alleen nog maar vieze meuk moest eten. Maar het valt alles mee, sterker nog: dat hypoallergene eten is gewoon lekker. Dat kan ik niet zeggen over m’n anti-jeuk medicijnen, maar ach, het is beter dan de hele dag met jeuk lopen. M’n vertrouwen in mensen is ook enorm gegroeid. Geaaid worden door vreemden vind ik nog steeds niet tof, maar wanneer ik lekker met m’n pleeggezin aan het trainen en spelen ben, voel ik me zorgeloos en vrij. Neus in de wind, poten in het gras, blik op de bal. Zo hoort het leven te zijn.’