Gelukkig zie je er bijna niets meer van, maar ik heb mijn naam te danken aan een wond in mijn gezicht. Toen ik bij DOA binnenkwam, lag de hele linkerkant van mijn koppie open. Ze wisten niet wat er met me gebeurd was, maar het moet iets heel naars zijn geweest. Eigenlijk moest de wond behandeld worden met een zalfje, maar als je al naar mijn gezicht wees, deed het pijn! Ik sloeg wild om me heen in de hoop dat niemand me aan zou raken en dat werkte. Maar ze zijn hier best slim en mengden allerlei pilletjes door mijn eten. De wond jeukte minder en leek ook minder ontstoken en opgezet. Ik kreeg speciaal voer omdat ik allergisch bleek te zijn voor sommige eiwitten. Wie had dat gedacht, dat dat zo’n grote wond kan openhouden. Langzaam nam de pijn af en liet ik mijn verzorgers dichterbij komen. En nu zijn we beste vrienden en vind ik iedereen lief! Ik speel graag met andere katten en word veel geaaid door iedereen die een handje vrij heeft. Af en toe moet ik nog wel eens een pilletje, maar dat eet ik nu zonder zeuren op.