Gluey heeft alle potentie tot het zijn van een echte kroelkip, maar is nu nog wat timide. Tja, wat wil je als je uit zo’n plakkerige situatie komt als hij.
Gluey (2): ‘Sorry voor mijn verlegenheid, ik werk nog aan m’n trauma. Het zit zo: ik ben waarschijnlijk nietsvermoedend op een plankje gaan liggen. Niet wetende dat dat een lijmplank was! Zo’n ding met heel heftig plaksel waar muizen op blijven plakken en doodgaan. Nou, al die lijm zat dus ook op mij. Op m’n zij, m’n staart.. overal. En geloof me: dat voelt heel naar. Ik heb me verstopt in de bosjes van het Westerpark, probeerde nog weg te rennen toen ze me probeerden te pakken. Ik weet ook niet waarom, blinde paniek denk ik. Daarom hebben ze bij DOA toch maar de keus gemaakt om de lijm niet uit mijn vacht te wassen – Stel je voor! ook nog in bad en ingesmeerd worden met anti-lijmspul na al die ellende! Nee ze besloten het gewoon maar weg te scheren. Stukken beter. Oké, ik zie er nu niet uit, heb overal gekke kale plekjes, net een mislukt kapsel, maar ach. Alles beter dan die lijm. Of een bad. Sowieso voel ik me bij DOA erg begrepen. Ze snappen dat ik alles nog heel spannend vind en dat ik wat tijd nodig heb om alle gebeurtenissen te verwerken. Ze hebben zelfs een handdoek voor mijn mand gehangen zodat ik me lekker kan verstoppen als ik daar behoefte aan heb. Dat geeft me weer wat vertrouwen in de mens. Eigenlijk ben ik namelijk best sociaal en gek op kroelen en knuffelen, soms laat ik me daarom ook lekker aaien en lieve woordjes toefluisteren. Maar alles op z’n tijd.’